Basisfuncties

Beschrijving functies van de tools in de Viewer

📘

Viewer

In deze handleiding wordt uitgelegd hoe de GeoApps Viewer werkt.

Let wel op: niet alle functies zijn in elke kaart beschikbaar. Vaak zijn ze afhankelijk van de instellingen van de beheerder.

De GeoApps Viewer is grofweg in te delen in vier onderdelen: het kaartbeeld (midden), het legendapaneel (links), de bovenbalk (boven) en de basisfuncties (rechts).

Het kaartbeeld kan worden verplaatst door te klikken en slepen, en door in en uit te zoomen met de knoppen rechtsboven of de scrollknop op je muis. Het kaartbeeld kan worden gedraaid door shift in te drukken en te slepen. Ook kunnen pop-ups (indien ingesteld) worden geopend door objecten aan te klikken.

In het legendapaneel kunnen kaartlagen aan- en uitgezet worden met de vinkjes. Met de 3 puntjes naast elke kaartlaag kun je (indien toegestaan) filteren, de data downloaden, de transparantie aanpassen en zoomen naar de kaartlaag. Onder de legenda zijn op sommige kaarten analyses beschikbaar onder de tab 'analyses'. Met de tab 'zoeken' kan er worden gezocht op plaatsnamen en adressen. Met de tab 'kaarten' kunnen eventuele andere kaarten worden geopend binnen het project (indien hier toegang toe is verleend).

In de bovenbalk kan er links van themakaart of rechts van basiskaartlaag worden gewisseld (indien er meerdere zijn). Tevens kan rechts de fullscreenmodus worden geopend en kan er in het midden eventuele bijgevoegde informatie worden bekeken.

In Figuur 1 zijn de tools aan de rechterkant van de Viewer met cijfers aangeduid:

Basisfuncties GeoApps Viewer

Figuur 1 - Tools in GeoApps Viewer

  1. Op de kaart inzoomen (in 18 niveaus - zie Zoom- en schaalniveaus).
  2. Op de kaart uitzoomen (in 18 niveaus - zie Zoom- en schaalniveaus).
  3. Obliekbeelden van Slagboom en Peeters openen.
  4. Straatbeelden openen van Cyclomedia StreetSmart of Google Streetview;.
  5. Navigeren naar de locatie die bij de mapinstellingen is ingesteld.
  6. Navigeren naar de huidige locatie (indien hiervoor toestemming gegeven via de browser).
  7. Meten op de kaart.
  8. Het kaartbeeld middels een Permalink delen.
  9. De kaart exporteren als JPG.
  10. De kaart Printen.

Indien er tekenlagen in de kaart zitten verschijnt er ook een knop met een potlood om objecten uit een laag in te tekenen.

Verder is het als beheerder mogelijk de kaart vanuit de Viewer te bewerken door middel van de Bewerkmodus. Deze kan worden gestart onder de legenda in de tab 'Instellingen'. Zie voor meer informatie de handleidingen onder Bewerkmodus.


What’s Next

Voor een gedetailleerdere beschrijving van de functionaliteiten, zie de subpagina's: